Waarom de zonnebloem zich altijd naar de zon draait 

(Inca-sprookje)

 

Lang geleden, voordat er in tuinen gouden zonnebloemen groeiden, leefde er in het Groene koninkrijk een koning die maar één dochter had.

Ze was zo mooi als lentebloesem, maar de koning maakte zich toch veel zorgen om haar. De prinses wilde absoluut niet trouwen. Niet één van de prinsen die de koning naar het paleis liet komen, beviel haar, of hij nu groot was of klein, blond of donker. En steeds als haar vader over huwelijkskandidaten begon, antwoordde ze steeds: "Ik houd wel van iemand, het is de zon die ik wil als man."

Op een dag werd de keizer daar zo boos over, dat hij woedend riep: "Wel, ga er dan maar heen en trouw met die zon van je, maar kom hier niet meer terug, ik wil je nooit meer zien." En zo ging de prinses op weg naar de zon.

Ze liep naar het oosten over bergen en dalen, door bossen en woestijnen, tot ze bij de hoge berg kwam, waar de zon

zijn paleis had. Maar de prinses zag daar alleen maar de moeder van de zon. "Wat zoek je hier, meisje?" vroeg de oude vrouw haar. "Ik zoek de zon," antwoordde de prinses en vertelde de zonnemoeder, waarom ze door haar vader het huis was uitgejaagd.

De zonnemoeder had met het meisje te doen. "Goed, mijn kind! De zon is mijn zoon en ik geef je toestemming om met hem te trouwen. Maar vergeet één ding niet: Als je bij hem wilt blijven, mag je hem nooit aankijken." De prinses beloofde het.

Zo trouwde ze met de zon en ze hield iedere dag meer van hem. Een jaar lang leefde ze gelukkig en tevreden met de zon en zoals ze had beloofd, had ze hem niet één keer aangekeken. Maar tenslotte begon ze toch wel nieuwsgierig te worden:

"Waarom zou ik de zon toch niet mogen aankijken, hij is toch mijn man en ik houd van hem" dacht ze steeds.

De zonnemoeder die haar schoondochter inmiddels goed kenden, raadde haar gedachten. Ze kreeg medelijden met de prinses: "Ik weet wat er aan scheelt, meisje. Als je wilt, zal ik je een goede raad geven. Zet een glas water voor je man neer en kijk naar hem via de weerspiegeling van het water. Maar op één ding moet je letten: als je te lang naar hem kijkt zal hij

het merken en dan zal het slecht met je aflopen." De prinses volgde de raad van de oude zonnemoeder op. Toen de zon 's avonds terugkwam, zette ze een glas water voor hem neer en keek erin. In het glas zag ze voor het eerst het gezicht van haar man, en het was zo mooi en lief, dat haar hart bijna stil bleef staan. Ze vergat de tijd en de waarschuwing van de oude

zonnemoeder en bleef maar kijken, tot haar man het tenslotte merkte. De zon riep boos: "Als jij niet kunt gehoorzamen, wil ik je hier niet meer hebben!" en de zon stuurde haar zijn paleis uit.

De prinses liep huilend over boomstronken en stenen, terwijl de tranen over haar wangen liepen. Maar erg ver kwam ze niet. Want toen ze over het eerste veld liep, haalde de zon haar in en veranderde de prinses in een hoge plant met een

grote gele bloem. Sinds die tijd draait de prinses steeds haar grote gele bloem naar de zon, zo bekeek ze haar geliefde zon iedere dag en de mensen noemden van haar vanaf die dag 'zonnebloem'.