Op een grote paddenstoel

 

Op een grote paddenstoel,

rood met witte stippen.

Zat kabouter Spillebeen

heen en weer te wippen.

Krak zei toen de paddenstoel,

met een diepe zucht.

Allebei de beentjes,

hoepla in de lucht.

 

Maar kabouter Spillebeen,

ging toch door met wippen.

Op die grote paddenstoel,

rood met witte stippen.

Daar kwam vader Langbaard aan

en die zei toen luid:

'Moet dat stoeltje ook kapot?

Spillebeen, schei  uit!'